Grammostola rosea

Grammostola rosea

Grammostola rosea (Walckenaer/1837), ook wel de “Chilean rose tarantula” genoemd, is een neutrale, maar heel mooie Chileense soort met een doorgaans zachtaardig temperament. Desalniettemin is de toepassing van de naam, Grammostola rosea, problematisch daar de originele beschrijving op zijn minst vaag is te noemen en het type materiaal over de jaren heen verloren is gegaan. Vervolgens werden alle “roodachtige” vogelspinnen uit Chili tot Grammostola rosea bekroond, zij het dat hier geen wetenschappelijke bewijs voor is. Bijgevolg hoort de naam van de veelvoorkomende vogelspin in twijfel te worden getrokken, tot wetenschappers een klaar en duidelijk antwoord op deze kwestie hebben (Danniella Sherwood). In deze caresheet praten we over Grammostola rosea, daar ze zo bekend staat, maar draag het voorgaande niet onbelangrijk detail absoluut met u mee. Grammostola rosea, zoals wij ze kennen, is 1 van de favoriete vogelspinnen voor beginnende hobbyisten.


I. SPECIFIEKE INFORMATIE

Wetenschappelijke naam: Grammostola rosea.

Subfamily: Theraphosinae.

Nederlandse naam: Chileense vogelspin.

Ook bekend als: Chilean rose.

Gedateerde namen: Mygale rosea Walckenaer, 1837, Mygale rubiginosa Nicolet, 1849, Lasiodora rosea Koch, 1850, Eurypelma rosea Ausserer, 1871, Eurypelma spatulatum FOP-Cambridge, 1897, Citharoscelus kochii FOP-Cambridge, 1899, Grammostola spatulata Simon, 1903, Citharoscelus spatulatus Pocock, 1903, Grammostola argentinense Strand, 1907, Grammostola cala Chamberlin, 1917, Grammostola spathulata Schiapelli & Gerschman, 1962, Grammostola spatulatus Smith, 1986, Grammostola rosea Schmidt, 1996.

World spider catalog

Type: Bodembewonende vogelspin.

Categorie: New world tarantula.

Brandharen: Ja, type III en IV (abdomen).

Gif: Wellicht mild. Er is geen wetenschappelijk onderzoek dat dit bevestigt.

HerkomstNoord-Chili (van de grenzen aan de Atacama woestijn in het Noorden tot wat Zuidelijker nabij Santiago). Ook zou de spin in Bolivië en Argentinië leven.

Lichaamslengte: ≤ 6-7cm. Mannetjes worden 3-4cm groot.

Spanwijdte: ≤ 15-16cm.

Gedrag: Schuchter. Naar de vervelling toe kunnen deze spinnen echter zeer prikkelbaar zijn.

Groeisnelheid: Traag.

Levensverwachting: Vrouwtjes kunnen tot 20-25 jaar worden. Mannetjes leven ongeveer 5 jaar.

Toegankelijkheid (1/beginner, 10/expert): 1.


II. INFORMATIE VOOR HOUDERS

>>> Eerste hulp

Grammostola rosea leeft in een seizoensgebonden droge omgeving. Het is gemakkelijk te onthouden dat Chili 4 seizoenen telt, maar net omgekeerd zijn aan de seizoenen in de Lage landen. ‘s Zomers wordt het gemiddeld 26-28°C, met uitschieters naar 35°C toe. ‘s Winters daarentegen kunnen de maxima ver onder 10°C duiken. Hoezeer de Atacama-woestijn 1 van de moeilijkste terreinen op aarde is, vertoeft Grammostola rosea wellicht in iets herbergzamer gebied. Desalniettemin zijn directe waterbronnen schaars. Mistbanken uit de Grote Oceaan voorzien zowel fauna als flora van het levensnoodzakelijke vocht. Kijk naar deze aflevering over “woestijnen” (en zap desgevallend door naar 20′) om een beeld te krijgen van het gebied waarin Grammostola rosea vertoeft.

Omgevingsfactoren

Temperatuur: 22-27°C (dag), 20-22°C (nacht).

Luchtvochtigheid: 40-55%.

Terrarium

Volwassen: LxBxH: 30x30x20. Min. 3-4x spanwijdte in oppervlakte.

Kleiner dan volwassen: Min. 3x spanwijdte beweegruimte in oppervlakte.

Substraat

Volwassen: Min. 3/4 spanwijdte.

Kleiner dan volwassen: 1x lichaamslengte.

* Houd het substraat eerder droog. Voorzie een waterbakje.

* In gevangenschap graaft Grammostola rosea zich zelden in, hoewel ze dat in het wild wel vaker doet. Voorzie voldoende substraat.

Klimaat

Vochtig seizoen: Juni, juli, augustus. Dit is met maximaal 1/4 dagen lichte regen echter zeer relatief.

Droog seizoen: Het hele jaar door.

Warmste maanden: December, januari, februari.

Koudste maanden: Juni, juli, augustus.

Voor meer informatie over het plaatselijke klimaat: Klik hier.

* Je kunt gerust overgaan tot een verdeling die beter samengaat met het klimaat in uw streek. Ga echter niet onder minima of over maxima en verdeel het jaar in die mate dat de spin langere of kortere seizoenen ervaart, zoals hierboven weergegeven. Dit is extra belangrijk als u zichzelf op de kweek wenst toe te werpen. Mijn jaartabel vindt u onderaan deze pagina.


III. INFORMATIE VOOR KWEKERS

Opgelet: Wees overigens voorzichtig met het Grammostola-genus, daar vele soorten erg op elkaar kunnen gelijken. 

De vrouw is doorgaans lief voor de man, in die context dat ze hem wellicht niet zal aanvallen en opeten. Mits een succesvolle paring, zal de vrouw zich ingraven en afschermen van de buitenwereld. Na een zestal maanden zal de vrouw overgaan tot het maken van de cocon. 30 tot 40 dagen later mag je u aan een 300-tal spiderlingen verwachten.

• Ga pas een 4-6-tal weken (of later) nadat de spin verveld is kweken. Indien de verpaarde spin vervelt tussen paring en cocon zal uw cocon niet bevrucht zijn.

• Simuleer een winter van 2-3 maanden (10-12°C), alvorens tot de paring over te gaan. Voeder of stoor de spinnen geenszins.

• Verhoog de temperatuur tot 22-24°C en houd deze 6 maanden constant. Doorvoed de vrouw alvorens tot de paring over te gaan. Ga ze echter niet vetmesten.

• Verhoog de temperatuur nogmaals tot 27°C en breng de luchtvochtigheid naar 60-70%. Dit zal de vrouw aanzetten tot het maken van de cocon, waaruit 30-40 dagen nadien 250-500 spiderlingen kunnen tevoorschijn komen. Voorkom een te hoge luchtvochtigheid (<70%). Ontneem de cocon, indien gewenst, 4 weken nadat ze gemaakt werd. Bewaar de bevruchte eieren in een incubator tot 70% luchtvochtigheid en een temperatuur tussen 26-29°C.


IV. WIST U DAT… 

Grammostola rosea in de hobby wel eens een andere spin kan zijn? Het gebruik van de naam is de facto incorrect.

Grammostola rosea in Europa tot de populairste beginnersspinnen behoort, waar de kleinere Chileense Phrixotrichus scrofa in Amerika vaker gehouden wordt?

• Vele spinnen uit het Grammostola-genus een verleden hebben in het Phrixotrichus-, Euathlus en/of Citharoscelus-genus?

Grammostola rosea berucht is voor haar stemmingswisselingen?

• Hobbyisten Grammostola rosea nogal gemakkelijk onderverdelen in 3 kleurvarianten: Rode kleurvariant (RCF), Roze kleurvariant (PCF) en Natuurlijke (grijze) kleurvariant (NCF). De NCF staat evenwel bekend als Grammostola porteri, alweer een spin van hetwelk niemand de identificatie heeft bevestigd en de naam dus vooral een hobbyistische aangelegenheid is.

Grammostola porteri voorheen werd beschouwd als dezelfde spin als (wat men in de hobby benoemt als) Grammostola rosea NCF, maar tegenwoordig wordt beschouwd als een andere spin?


V. LITERATUUR

An integrative approach for species delimitation in the spider genus Grammostola (Theraphosidae, Mygalomorphae).

Polyspinosa Schmidt, 1999 (Araneae, Theraphosidae, Eumenophorinae) is a synonym of Grammostola Simon, 1892 (Araneae, Theraphosidae, Theraphosinae).


VI. COPYRIGHT

Onze speciale dank gaat uit naar Danniella Sherwood die ons veel van bovenstaande informatie heeft toevertrouwd.

• Tekst: Dennis Van Vlierberghe (facebookgroep en –pagina)

• Fotografie: Michael Pankratz (flickr)