“Waar Grammostola rosea in Europa menig beginnend hobbyist verblijdt, is Phrixotrichus scrofa de vreemde, mjah, spin in de bijt.”
Phrixotrichus scrofa (Molina, 1782), ook wel de “Chilean Copper” of “Chilean violet” genoemd, is een eerder neutrale, maar heel mooie Chileense semi-dwergvogelspin met een doorgaans zachtaardig temperament. Ook komt ze voor in Argentinië. Ze deelt haar terrein met Phrixotrichus vulpinus. Phrixotrichus scrofa verdient met haar rustieke looks, rood-paars-oranje glans en rustig temperament evenwel een plaats in het lijstje van leuke vogelspinnen voor beginners. Na “Aranea” en “Mygale” scrofa (verwijzend naar “spin” en “vogelspinachtige”), werd ze door Simon in 1889 voor het eerst onder het Phrixotrichus-genus ondergebracht. Ze werd reeds vele namen toebedeeld, afwisselend gecategoriseerd in het Phrixotrichus– en het Paraphysa– (of Euathlus)-genus. Officieel behoort ze nog steeds tot het Phrixotrichus-genus, zij het dat je haar sinds haar laatste naamsverandering door Peters, in 2000, tegenwoordig maar al te vaak als Paraphysa scrofa ziet opduiken (bron).
I. SPECIFIEKE INFORMATIE
Wetenschappelijke naam: Phrixotrichus scrofa.
Subfamilie: Theraphosinae.
Nederlandse naam: /
Ook bekend als: Chilean copper, Chilean violet.
Gedateerde namen: Phrixotrichus roseus Simon, 1889, Paraphysa manicata Simon, 1892, Phrixotrichus chilensis Simon, 1896, Phrixotrichus auratus Pocock/, , Paraphysa scrofa Pérez-Miles et al, 1996.
Type: Bodembewonende vogelspin. In gevangenschap graaft ze zich zelden in, hoewel ze dat in het wild wel vaker doet.
Categorie: New world tarantula.
Brandharen: Ja (abdomen).
Gif: Wellicht mild. Er is geen wetenschappelijk onderzoek dat dit bevestigt.
Herkomst: Regio VIII van Chili (Biobío), Argentinië (randgebied met Biobío).
Lichaamslengte: ≤ 4-5cm.
Spanwijdte: ≤ 11-12cm.
Groeisnelheid: Traag.
Levensverwachting: Tot 25 jaar. Mannetjes sterven rond de 4/5 jaar.
Gedrag: Phrixotrichus scrofa is een in gevangenschap zeer actieve vogelspin. Ze laat zich erg vaak zien en kan, mits voldoende ankerpunten, wel eens overgaan tot het maken van een erg mooi web. Dit laatste is echter niet de norm. Opmerkelijk is dat Phrixotrichus scrofa, in tegenstelling tot de traditionele dreighouding, bij verstoring plat tegen de grond liggen met het abdomen opwaarts gericht, klaar om een stevige dosis brandharen te lanceren. Dit doet ze echter héél zelden en tot bijten zal ze wellicht ook niet overgaan, maar houd in het achterhoofd dat de uitzondering de regel bevestigt.
Toegankelijkheid (1/beginner, 10/expert): 1.
II. INFORMATIE VOOR HOUDERS
>>> Eerste hulp
Phrixotrichus scrofa leeft in relatief koud en eerder droog gebied. Ze beschermt zich tegen de weersomstandigheden door zich te huisvesten in verlaten holen van knaagdieren en onder bomen. Hoezeer ze evenwel soms onder huizen wordt teruggevonden, leeft ze voornamelijk in bebost gebied.
Omgevingsfactoren
Temperatuur: 20-24°C (dag), 16-20°C (nacht). ‘s Winters kunnen temperaturen dalen van 13°C (overdag) tot 5°C (nacht).
Luchtvochtigheid: 55-65%.
Volwassen: LxBxH: 20x30x30. Min. 3x spanwijdte in oppervlakte.
Kleiner dan volwassen: Minimaal 3x spanwijdte in oppervlakte.
* Voorzie voldoende schuilmogelijkheden, variërende ondergronden en wat (veilige) hoogte voor de spin. Ze klimmen wel eens graag.
Substraat
Volwassen: Min. 0,75x spanwijdte.
Kleiner dan volwassen: Minimaal 0,75x spanwijdte.
Klimaat
Vochtig seizoen: Mei, juni, juli, augustus. Met gemiddeld 7 dagen neerslag per maand blijft “vochtig” relatief.
Droog seizoen: Januari, februari, maart, april, oktober, november, december.
Warmste maanden: Januari, februari, december. Met temperaturen tot maximaal 23°C blijft “warm” relatief.
Koudste maand: Mei, juni, juli, augustus, september.
Voor meer informatie over het plaatselijke klimaat: Klik hier.
* Je kunt gerust overgaan tot een verdeling die beter samengaat met het klimaat in uw streek. Ga echter niet onder minima of over maxima en verdeel het jaar in die mate dat de spin langere of kortere seizoenen ervaart, zoals hierboven weergegeven. Dit is extra belangrijk als u zichzelf op de kweek wenst toe te werpen.
III. INFORMATIE VOOR KWEKERS
Paringen met Phrixotrichus scrofa verlopen relatief vlot. Een tweetal maanden na een succesvolle paring zal de vrouw overgaan tot het maken van de cocon. 30 tot 40 dagen later mag je u aan een 110-150 kleine spinnetjes verwachten.
• Ga pas een 2-tal maanden (of later) nadat de spin verveld is kweken. Indien de verpaarde spin vervelt tussen paring en cocon zal uw cocon niet bevrucht zijn.
• Voorzie een rustige winterperiode van 2-3 maanden (10-15°C), alvorens tot kweek over te gaan.
• Voorkom een te hoge luchtvochtigheid (<70%) bij de aanwezigheid van een cocon.
• Ontneem, indien u dit wenst, de cocon 25-30 dagen na vondst en bewaar de eitjes bij een vochtigheid van 65-70% en een temperatuur van 22-24°C.
IV. WIST U DAT…
• De genera “Paraphysa” en “Euathlus” synoniemen van elkaar zijn, waarin “Phrixotrichus” als zustergenus optreedt (bron)?
• Phrixotrichus scrofa in de Europese hobbykamers niet veel voorkomen? Hier is men eerder vertrouwd met de iets grotere Chileense Grammostola rosea.
V. LITERATUUR
VI. COPYRIGHT
• Tekst: Dennis Van Vlierberghe (facebookgroep en –pagina)
• Fotografie: Yvonne Kindl (flickr)